Incameisje in het zand

Botbleek je gezicht
bijna zo wit als de schaarse wolken

Glimlach, ooit, vergaan als hier het gras

Gebroken schalen
Je hand eronder
afgehakt door grafrovers

Haar om je hoofd
als een zwarte slang

El Nìno kwam, druppels
veegden het zout en de chili van je gezicht

Gaatjes in je schedel
geboord door een sjamaan

Je laatste rustplaats een put met zwetende toeristen eromheen

De vlakte
klaarwakker in genadeloos zonlicht

De sterren ’s nachts
als punten
achter nooit uitgesproken
zinnen