Vandaag

De luwte meestal schuwend klampen zeewinden je hier aan
en verrafelen de nog gehesen vlaggen, de dundoeken van een haast
weer voorbij, kortstondig zomerseizoen

tussen wat achter de branding oplicht en de terpentijngeurige
dennenbossen en verspreide landjes in de geest slaat het zout neer en vreet
aan chroom, antennes, testbeelden en het stramien
van herinnering en tijd

er bestaan geen sluipwegen naar het verleden en toch
kan het gebeuren dat je wordt teruggedreven naar sommige vroegere
achterom, duinpaden, veranda’s

enkele gedrongen huizen, een stenen kerk met in het middenschip
de schaalmodellen van twee zeilschepen, de huidplanken
overnaads en gebreeuwd, zich zo lang al teweerstellend tegen aanvechtingen
en godsgericht, de malafide voorzienigheid –

te zijn waar je bent is een illusie, je gedachten zwermen
over landschappen, alleengelaten werelden uit, onder zinkwitte
luchten en een grondeloos gesternte

het onsterfelijke schuilt in de vluchtigste momenten, in de avondlijke glans
van dierbare of onbeduidende dingen, zorgvuldig
bewaard, wrevelig aan de kant geschoven, door het toeval
lukraak gerangschikt –

zou zij nog komen vandaag, om zich in zee te wagen, om haar herders
uit te laten razen langs het stille strand?

Uit: ‘In omgekeerde richting’. Uitgeverij De Harmonie, Amsterdam