De brug als een ijzeren
regenboog
Gouden golfjes
eronderdoor
Langs zich strekkende dammen
door zand schoongeschuurde palen, aanlegsteigers
Ooijpolders, weidevogelland
volgelopen als vloeibladen van gras
De pop van een meisje
Een bal
Kinder- als lichtjaren
ver
Scherp dan
het gekrijs van een meeuw
boven de rijp die niets dempt