Het gat waarin god zich schuilhield

Macroscopische fossielen die eruitzagen als opgerolde foetussen
Gele en paarse stukken koraal
Agaatkleurige lelies in stolpflessen
Een groep kalkalgen die als borstels uit een steen staken
Een kantwerk van een poreus weekdier, wolfsklauwachtige bloemen, paardentanden
Afzettingen van zeesterren in een rood gesteente
Twee verdwaalde blauwwieren die de vorm hadden van een poef
Een hond met twee koppen, een eenogige chimpansee
De schedel gevonden onder de arena’s van Lutetia
of de twee kinderhoofden in glycerine bewaard
waarvan het ene geen oor had maar een vreemd donker gat
De astronomische kijker waarvan de buitenste messing buis okergeel was
geverfd en met gevlochten touw bedekt
waar je ’s avonds doorheen keek
in de duistere sterrenhemel
en zag
dat het gat van het kind leek
op het gat waarin God zich schuilhield