Wolken zetten hun ramshoorns op
stoten vergeefs tegen al te roze sferen
Klaarte bloeit terneer
Goedmoedige hamers van wind slaan erop los
De lange windsels van het bos
omwikkelen ons
Hoog gras
zet zijn vouwbedden uit
Mijn slaperigheid
glijdt naar zomen toe
Het kluwendromende verlangen naar jou
klopt in duizenden groene draden
In een hooierf van loomte zoemen je woorden