In de tijd

Geur van gerookte paling, loeiende
sirene van de ijsfabriek, haar blikken en gebaren

die oversteekplaatsen zoeken, in de tijd

Slaapwandelen reeksen boomgeraamten
Ratelt ijzer, schieten vonken koudvuur weg

Dezelfde ligweide, picknickmand
Haar wapperende handen tegen de vliegen

Verouderde paden en beplanting op de begraafplaats
Wortelopdruk bij het parkeerterrein

Er is behoefte aan een verstrooiplek
las ik in het plaatselijke krantje

Het uitzicht wist dat ik zou komen, bewaarde
leegte voor me, wind

Steeds waziger omtrekken inmiddels van haar gezicht